Amerikaanse producten zouden natuurlijk veel goedkoper moeten worden nu de
dollar terrein verliest. Dat is niet het geval. Laptops van HP of Apple
kosten in Nederland in euro’s wat Amerikanen in dollars betalen. De
koersverschillen komen zelden terecht in de zakken van de consument.
Bij parfum of kleding zijn de prijsverschillen nog opmerkelijker, zo
concludeerde tv-programma Nova gisteren. Een Levi’s 501 kost 75 euro in de
Kalverstraat en omgerekend 25 euro in Amerika.
Vroeger profiteerde de consument wel van prijsverschillen door
koersschommelingen. De keten America Today bijvoorbeeld importeerde begin
jaren negentig merkkleding zelf uit de Verenigde Staten. Dat was goedkoper
dan aanschaf bij een Europese vestiging van de leverancier.
In 1996 verbood de Europese Unie na een lobby van de merkenfabrikanten
parallelle import. De prijzen voor Nikes, kleding van Tommy Hilfiger of
iPods worden vastgesteld door de merkhouder en wie onder die prijs duikt,
kan zich bij de rechter komen verantwoorden.
De consumentenbond wil zo snel mogelijk van het verbod af. “We lobbyen er in
Europa hard voor”, zegt een woordvoerder.
Met de wisselkoersen hebben de prijsverschillen eigenlijk niet zoveel te
maken, stelt merkdeskundige Paul Moers van High Value. “Merken kijken gewoon
wat men er in een land voor wil neertellen. Wat van ver komt, is lekker en
dus duur. Wat wij voor een product willen betalen, dat is de richtlijn voor
de prijs.”
Heineken is doorsnee pils in Nederland en premium bier in
Amerika. Met veel Amerikaanse kledingmerken is het precies andersom. “Een
kwestie van merkbeleving”, zegt Moers.
Overigens zijn het volgens Moers vaak niet de merkfabrikanten die de hoogte
van de winkelprijs bepalen en de wisselkoersverschillen in hun zak steken.
“De retail is heel erg machtig in Nederland. De branche knijpt producenten
uit.”
Sinds halverwege de jaren negentig bepalen een aantal grote ketens, vaak in
handen van private equity-partijen, wat er voor welke prijs in de winkel
hangt. “Maxeda (o.a. de Bijenkorf) bepaalt welke merken in de collectie
worden opgenomen. Daar moet je als merk bij zijn.”
Zijn er helemaal geen wisselkoersvoordelen te halen? Wel bij producten
waar de Amerikaanse fabrikant heel graag voet aan de grond wil krijgen in
Europa. Autofabrikant Chrysler van de merken Chrysler, Dodge en Jeep,
adverteert er zelfs mee dat ze koerswinst doorberekenen. Tijdens de “lage
dollarweken” kan de klant rekenen op duizenden euro’s voordeel.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl